​Als te veel nitraat achterblijft in de bodem, op een moment dat er geen gewas meer is of een eventueel aanwezig gewas onvoldoende van dat nitraat kan opnemen, spoelt het nitraat door naar het grond- en oppervlaktewater. Om te kunnen inschatten of er te veel nitraat in de bodem is achtergebleven, wordt een nitraatresidu analyse uitgevoerd.

Voor een algemene opvolging selecteert de Mestbank percelen waarvan ze op haar initiatief en kosten het nitraatresidu laat bepalen (controlestalen). Soms moet u in eigen opdracht en op eigen kosten het nitraatresidu laten bepalen. Dat is zo:

  • als het voorgaande jaar, bij een perceels- of bedrijfsevaluatie van het nitraatresidu, een overschrijding werd vastgesteld;
  • als u een vrijstelling​ hebt;
  • als u een vrijstelling of derogatie aangevraagd hebt;
  • als er een perceelsevaluatie of bedrijfsevaluatie opgelegd werd na een bedrijfsdoorlichting.

Beoordeling van het nitraatresidu

Als het nitraatresidu slechts op één perceel van een bedrijf bepaald wordt, heet dat een perceelsevaluatie. Gebeurt dat op meerdere percelen, dan spreekt men van een bedrijfsevaluatie. Elk evaluatietype heeft zijn eigen beoordelingskader:

  • Bij een perceelsevaluatie wordt nagegaan of er een overschrijding is boven de eerste of tweede drempelwaarde.
  • Bij een bedrijfsevaluatie wordt het gewogen gemiddelde nitraatresidu geëvalueerd.

De drempelwaarden worden bepaald door het gebiedstype waarin uw percelen gelegen zijn: de drempelwaarden voor percelen in gebiedstype 2 en 3 zijn lager dan voor percelen in gebiedstype 0 en 1.