Kies de juiste groenbemester

6 september 2023 - Akkerbouw

Groenbemesters kunnen een gunstige impact hebben op zowel het vermogen van de bodem om water vast te houden als op de bodemstructuur. De overblijfselen van een groenbemester met een hoog koolstofgehalte en een laag stikstofgehalte blijven langer in de bodem aanwezig dan de resten van een bemester met veel stikstof. De hoeveelheid effectieve organische stof (EOS) die achterblijft op het perceel is daarbij een cruciale maatstaf.

Naast het vergroten van het vermogen van de bodem om water vast te houden, bieden groenbemesters ook andere voordelen. Deze voordelen omvatten zowel de chemische en fysische vruchtbaarheid van de bodem als de biologische gezondheid van de bodem:

Effectieve organische stof

Het effectief verhogen van het organische stofgehalte met behulp van een groenbemester wordt het best bereikt met een gewas dat langzaam afbreekt en een hoge koolstof-stikstofverhouding (C/N-verhouding) heeft. De hoeveelheid effectieve organische stof (EOS) bepaalt hoe lang de positieve effecten op het vermogen van de bodem om water vast te houden en de bodemstructuur zichtbaar zullen zijn.

Effectieve organische stof (EOS) is het deel van de organische stof dat een jaar na het toedienen van gewasresten, mest of compost nog in de bodem aanwezig is. Organische stof bestaat uit zowel een dynamische (labiele) als een stabiele fractie. Hoe dynamisch of stabiel de organische stof is, hangt af van de verhouding tussen de verschillende elementen erin.

Keuze van groenbemester en EOS

De snelheid waarmee groenbemesters in de bodem worden afgebroken en de bijdrage aan de EOS worden weergegeven door de humificatie-coëfficiënt (HC). Bij een HC van 0,7 wordt 70% van de organische stof binnen een jaar afgebroken, wat betekent dat er 30% overblijft als effectieve organische stof. Sommige groenbemesters zijn dus meer geschikt voor het verhogen van de stabiele organische stof dan andere.

In tabel 1 wordt de bijdrage aan de EOS van de meest gebruikte groenbemesters weergegeven. Als uit het bodemonderzoek blijkt dat de balans van organische stof aan de dynamische kant ligt, is het de moeite waard om een groenbemester te kiezen met een lage HC en een hoge EOS.

Tabel 1: Bijdrage groenbemesters aan de EOS in de bodem. Bron: Masterplan Mineralenmanagement

Groenbemester
(in de stoppel gezaaid)
EOS
(kg/ha)
N-levering
(kg/ha)
Bladkool 840 30
Bladrammenas 850 30
Gele mosterd 850 30
Hoppenrupsklaver 790 60
Japanse haver (Avena strigosa) 850 30
Klaver, rode (onder dekvrucht) 1165 60
Klaver, witte (onder dekvrucht) 850 60
Kunstweide (najaarsgras) 450 30
Phacelia 850 30
Raaigras, Engels (in stoppel) 980 30
Raaigras, Engels (onder dekvrucht) 1155 30
Raaigras, Italiaans (in stoppel) 1080 30
Raaigras, Italiaans (onder dekvrucht) 1255 30
Stoppelknol 830 30
Tagetes 865 30
Teunisbloem 700 60
Wikken 645 30
Winterrogge 850 30
Zomerkoolzaad 770 30


Organische stof bestaat voornamelijk uit koolstof (C), stikstof (N), fosfor (P) en zwavel (S).  Dynamische organische stof bevat relatief veel N en S en is makkelijk afbreekbaar door het bodemleven. Nutriënten worden hierbij gemineraliseerd en worden beschikbaar voor het gewas. Stabiele organische stof bevat relatief veel C en wordt minder snel afgebroken door het bodemleven.

Kwaliteit van organische stof

Zowel de dynamische als de stabiele organische stof hebben een positieve invloed op de bodemvruchtbaarheid. Dynamische organische stof verhoogt de chemische bodemvruchtbaarheid en dient als voedsel voor bacteriën, terwijl stabiele organische stof de fysische bodemvruchtbaarheid verbetert en voeding biedt aan bodemschimmels.
Op het verslag van BemestingsWijzer staat de organische stof kwaliteit van de bemonsterde grond (zie figuur 1).

Figuur 1: BemestingsWijzer toont aan dat de organische stof in de bodem in evenwicht is. Bron:  BemestingsWijzer Eurofins Agro 

Grondonderzoek geeft inzicht in de kwaliteit van de organische stof in de bodem. Op basis daarvan kan de keuze voor de ene of de andere groenbemester worden gemaakt.

Bestel BemestingsWijzer