Toelichting boomteelt (commercieel)

Elk gewas heeft voedingsstoffen nodig. De nutriënten waar een gewas het meest van nodig heeft, zijn stikstof (N), zwavel (S), fosfaat (P), kalium (K), calcium (Ca) en magnesium (Mg). De andere essentiële nutriënten zijn de sporenelementen ijzer (Fe), zink (Zn), mangaan (Mn), koper (Cu), borium (B), molybdeen (Mo) en chloor (Cl). Een gewas heeft van sporenelementen relatief weinig nodig, maar een tekort kan bij ieder gewas opbrengst- en of kwaliteitsverlies veroorzaken.

De nutriënten natrium, silicium, kobalt, selenium kunnen ook van belang zijn voor onder andere opbrengst, kwaliteit, weerbaarheid, stevigheid en vruchtbaarheid.

Elementen kunnen elkaar ook beconcurreren. Als bijvoorbeeld de Mg-toestand 'goed' is maar de K-toestand 'hoog' is, kan er alsnog een Mg-tekort ontstaan, doordat het gewas meer moeite heeft om de magnesium te vinden in de bodem. De adviesgiften houden derhalve ook rekening met deze interacties.

Om een specifiek advies te kunnen geven voor aanvulgrond is het mogelijk een onderzoek naar de granulaire samenstelling van de grond te laten uitvoeren. Deze kan tegelijk of aanvullend op het bemestingsonderzoek worden uitgevoerd.

Meer informatie over de verstrekte adviezen per onderdeel

Stikstof

Voor een goed stikstofadvies vindt de bemonstering plaats in het groeiseizoen. In de periode eind april tot eind juli kan hiervoor een stikstof-bijmestmonster worden genomen. Op basis hiervan kan een stikstofadvies voor het betreffende gewas gegeven worden.

Magnesium

Het magnesium-advies is gebaseerd op de K/Mg verhouding. Waardering en gift kunnen hierdoor in tegenspraak zijn met het streeftraject.

Natrium

Uit onderzoek blijkt dat een natriumgift voor boomteelt niet zinvol is. Er wordt dus geen waardering en advies gegeven. Natrium wordt echter wel gemeten omdat het onderdeel is van het klei-humuscomplex (CEC-bezetting).

Bekalking

Kalkgiften meer dan 3500 kg nw per ha dienen in minimaal twee sessies te worden doorgewerkt. Aan vaststaande gewassen per jaar niet meer dan 1000 kg nw per ha toedienen.

Organische stof

De aanvoer kan variëren van 200 kg als het alleen om wortelresten gaat, tot 1200 kg voor overjarige bladverliezende gewassen met een volgroeide oppervlakte.