Zijn de sporenelementen in uw bodem uitgespoeld?
25 januari 2019 - Expertartikel
Heeft u in 2018 uw land beregend? Grote kans dat een gedeelte van uw sporenelementen in uw bodem is uitgespoeld. Belangrijk om te weten voordat u gaat bemesten. Sporenelementen zijn namelijk noodzakelijk voor een optimale productie en kwaliteit van gras en mais. Eurofins Agro zet de invloed van sporenelementen op gewas voor u op een rijtje.
Borium
Borium (B) zorgt, samen met calcium, voor de opbouw en stevigheid van celmembranen. Borium is is zeer uitspoelingsgevoelig, omdat het zich nauwelijks bindt aan het kleihumuscomplex of andere nutriënten. Hierdoor kunnen er boriumtekorten ontstaan, waardoor er ernstige opbrengst- of kwaliteitsverliezen zich voordoen. Maïs kan bij een tekort aan borium een minder goede kolf ontwikkelen. Een te hoog boriumgehalte kan leiden tot gekleurde, ingedroogde en bolstaande bladeren.
Koper
Koper (Cu) draagt bij aan de eiwitsynthese, verstevigen van de celwanden, vorming van vitamine en de verhouting van de plant. Daarnaast is koper evenals borium belangrijk voor de korrelzetting in mais. Een kopergebrek kan leiden tot afbraak van bladgroen, een slap gewas en de bloei van de plant. Dit leidt tot een lagere opbrengst en groei. Een overmaat van koper komt zelden voor, wanneer dit voorkomt, is het vaak in combinatie met een ijzertekort. Teveel koper belemmert namelijk de ijzeropname.
Mangaan
Mangaan (Mn) is van belang voor een goede celdeling, fotosynthese en stofwisseling in de plant. Een mangaantekort leidt tot verminderde groei in wortels en bladeren, afstervende of geelkleurende bladeren en een slappe plant. Een mangaangebrek komt vaak voor in combinatie met teveel ijzer, omdat deze elementen elkaar afstoten. Andersom zorgt een mangaanovermaat voor een ijzertekort en donkere vlekken op ouder blad.
Zink
Zink (Zn) is belangrijk voor de ontwikkeling wortels en bladgroen én mineralenopname. Daarnaast hebben veel enzymsystemen in de plant zink nodig om goed te kunnen functioneren. Een zinktekort is te herkennen aan de jonge bladeren van de plant, deze krijgen lichte vlekken. Vaak treedt er onvoldoende groei of zelfs dwerggroei op. Een zinkovermaat leidt vaak tot een ijzergebrek, waardoor bladeren geel worden.
Silicium
Voldoende silicium (Si) resulteert in een verbeterde fosfaatopname, een beter ontwikkeld wortelstelsel, een hogere ziekte- en schimmelweerbaarheid en een hogere droogte- en zouttolerantie. Het verstevigt de celwanden en zorgt voor een sterkere plant. Hierdoor verdampt er minder water en is de plant beter bestand tegen droogte.
Molybdeen
Molybdeen (Mo) is betrokken bij de vorming van een aantal enzymen en is nodig voor de binding van stikstof door vlinderbloemigen, zoals klaver. Grassen en granen (mais) hebben een lage molybdeen-behoefte. Zure gronden (lage pH) en de aanwezigheid van ijzer- en aluminiumoxiden verminderen de molybdeenbeschikbaarheid. In sommige gevallen kan het bekalken van grond helpen. Een molybdeengebrek is voornamelijk te herkennen aan geelverkleuring van het blad. Een hoog molybdeengehalte is niet schadelijk voor de plant, maar zorgt wel voor een kopergebrek, omdat deze nutriënten elkaar afstoten. Dit komt echter niet vaak voor.
IJzer
Een plant heeft ijzer (Fe) nodig voor onder meer de aanmaak van bladgroen en eiwitten. De kans op ijzertekort is het grootst op gronden met een relatief hoge pH. Een tekort kenmerkt zich door lichtgroene, soms gele of witte planten. IJzergebrek komt vaak voor in combinatie met teveel mangaan. Op zure gronden is vaak voldoende beschikbaar. Ook weinig lucht in de grond verhoogt het gehalte aan beschikbaar ijzer. Een overmaat vermindert de beschikbaarheid van fosfaat en mangaan in de bodem.
Benieuwd naar de beschikbaarheid van mineralen en sporenelementen in uw bodem? Kies dan voor BemestingsWijzer Compleet. Dit pakket geeft u een totaalbeeld van de bodemvruchtbaarheid. Zo kunt u nauwkeuriger bemesten en dat is beter voor uw gras, mais en vee.