Drogestofgehalte in voorjaarskuilen daalt

2 juni 2020 - Veehouderij

Sinds 2017 is de trend dat de drogestofgehaltes van voorjaarsgraskuilen (gekuild tussen 1 april-15 juni) daalt. Dit blijkt uit analysegegevens van het voederwaardeonderzoek door Eurofins Agro. Nat inkuilen leidt tot een lagere DVE. Eurofins Agro levert de tools om de best passende DVE in de kuil te krijgen. 

Ieder jaar analyseert Eurofins Agro duizenden graskuilen op voederwaarde. Melkveehouders kunnen de analyseresultaten inzetten om het rantsoen te optimaliseren. Door de grote hoeveelheid analyses zijn trends goed zichtbaar. Zoals de trend dat het aantal kuilen met een drogestofgehalte in de klasse onder de 35% sterk is toegenomen in de afgelopen drie  jaar (Figuur 1). 

     

Figuur 1. Drogestofgehalte in voorjaarskuilen. Bron: Eurofins Agro, juni 2020

De richtlijn die vaak wordt aangehouden voor het drogestofgehalte van een kuil is een percentage tussen de 30% en 50% of anders gezegd tussen de 300 en 500 gr/kg gras. Een percentage rond de 40% droge stof of 400 gr/kg is hierbij ideaal. Een kuil tussen 30 en 50% ds is gemakkelijker te conserveren. Bij een hoger of een lager  drogestofgehalte is het lastiger een stabiel conserveringsproces te realiseren in de kuil.

Steeds natter inkuilen

Uit de data van voorjaarskuilen blijkt dat het drogestofgehalte in de kuilen van 2017 tot en met 2019 steeds lager is geworden. Zeker het aandeel kuilen onder de 35% is sterk toegenomen. Vooral 2019 laat een sterke stijging zien ten opzichte van de voorgaande twee jaren. De oorzaak kan liggen in het minder gunstige weer in de eerste dagen van mei in 2019 waardoor de voorjaarskuilen natter de kuil in zijn gegaan.

DVE-percentage

De trend van natter inkuilen is ook te zien in het percentage darm verteerbaar eiwit (DVE) in de voorjaarskuilen van de afgelopen drie jaar. Nat inkuilen heeft geresulteerd in een toename van het aantal voorjaarskuilen met een DVE-waarde van 76 of lager (Figuur 2).

Figuur 2. DVE gehalte in voorjaarskuilen. Bron: Eurofins Agro, juni 2020

DVE is afkomstig van twee bronnen:
- eiwit geproduceerd in de pens van de koe (het  microbiële eiwit)
- eiwit uit het voer wat pensbestendig is 

In een nattere kuil worden aanwezige suikers meer omgezet in zuren. De nattere kuil bevat hierdoor minder suiker die door de pensbacteriën gebruikt kan worden voor de productie van microbieel eiwit. Daarnaast is de kuil als het ware al deels voorverteerd en zal het meer penseiwit bevatten. Het lagere DVE gehalte in de kuil zal dan gecompenseerd moeten worden in de rest van het rantsoen.

Advies

Gebruik alle beschikbare stuurmiddelen om het best passende DVE-gehalte voor het melkvee in de kuilen te krijgen:

- VersgrasCheck helpt om tijdens het groeiseizoen van het gras het maaimoment en de bemesting zo goed mogelijk te bepalen.
- De S-index in het voederwaardeonderzoek kan worden gebruikt om achteraf te kijken naar de zwavelbeschikbaarheid en -benutting tijdens de teelt.

Lees meer over het bepalen van het maaimoment met VersgrasCheck en over het belang van zwavel en de S-index.

Meer weten?

Neem contact op met klantenservice.agro@eurofins.com of bel 088 876 1010

Bestel

VersgrasCheck