PlantDoctor voor de juiste diagnose bij teeltproblemen

PlantDoctor voor de juiste diagnose bij teeltproblemen

18 juli 2024 - Akkerbouw

Door de vele regenval dit voorjaar kunnen grote problemen in het gewas ontstaan met schimmels en/of aaltjes. Dit was bijvoorbeeld het geval op een aardappelperceel bij een klant van Eurofins. Het is dan zaak om de oorzaak te kennen zodat de juiste maatregelen kunnen worden genomen, bijvoorbeeld als het gaat om de keuze van een groenbemester. De PlantDoctor van Eurofins stelt snel en deskundig een diagnose. 

Eind mei klopte een aardappelteler bij Eurofins aan met ernstige problemen met de opkomst van zijn aardappelen (Fontanes). De opkomst was zeer onregelmatig. Sommige aardappelplanten waren eind mei al ruim 20 cm groot terwijl andere nog niet boven de grond stonden. Terwijl de aardappelen eind april zijn gepoot.

Afwijkingen in opkomst kunnen zeer diverse oorzaken hebben. En om de juiste maatregelen te kunnen nemen is belangrijk om zeker te zijn wat het probleem is. Ziekteverwekkers kunnen een rol spelen, maar ook teeltomstandigheden zoals bemesting en klimaat kunnen van invloed zijn. Zeker in een seizoen zoals in 2024, waarin veel neerslag is gevallen. Een juiste diagnose is dan nodig om juiste maatregelen te nemen.

Diagnose door PlantDoctor

Eurofins heeft op verzoek van de teler monsters van de knollen en van de grond genomen voor PlantDoctor-onderzoek. Dit onderzoek bestaat uit een aantal stappen. De PlantDoctor begint met een eerste, visuele beoordeling in combinatie met de beschikbare informatie van de teler. Nadat de aangetaste planten grondig zijn bestudeerd, besluiten de PlantDoctors welke techniek nodig is om de diagnose te stellen. Een verdenking op virusaantasting vraagt namelijk een heel andere aanpak dan een mogelijke aaltjes of schimmelaantasting. De PlantDoctors maken gebruik van verschillende, speicalistische technieken: ELISA-technieken voor virussen, microscopie voor nematoden en schimmels, DNA Multiscan en eventueel uitplaattechnieken voor bacteriën en schimmels.

Bij binnenkomst van de aardappelmonsters was duidelijk te zien dat de spruiten van de aardappelknollen waren aangetast (foto 1). In de knol zelf was weinig aantasting te zien. Deze visuele beoordeling was aanleiding om de grond en de aardappelknol te analyseren op de aanwezigheid van aaltjes.

Foto 1. Aangetaste knollen door vrijlevende aaltjes. Bron: Eurofins 2024

Foto 2. Detail van de kiem. Bron: Eurofins 2024

Foto 3. Doorgesneden aardappelknol. Bron: Eurofins 2024

In het onderzoek werden veel vrijlevende wortelaaltjes, Paratrichodorus teres, in de grond aangetoond, terwijl er geen schadelijke aaltjes in de knol zelf zaten. Dat wil zeggen dat de schadelijke aaltjes vanuit de bodem komen en niet zijn meegekomen vanuit het plantgoed.

Paratrichodorus teres

Trichodoridae (vrijlevende wortelaaltjes) waaronder P. teres, zijn ectoparasieten die de wortels vanuit de buitenkant aanprikken. Na het aanprikken van de wortels of het plantgoed gaan de aaltjes weer terug de grond in. Daarom zijn deze aaltjes niet in het plantmateriaal te vinden.

Bij aardappels kan de aantasting door P. teres ook op de spruiten plaatsvinden waardoor deze kronkelig groeien en bruin verkleuren. Een extra probleem is dat deze aaltjes het Tabaksratelvirus (TRV) kunnen overdragen wat ook grote kwaliteitsschade in o.a. aardappel kan veroorzaakt. De vrijlevende wortelaaltjes kunnen extra schade veroorzaken in in een nat en koud voorjaar. De gewassen groeien dan minder snel terwijl de vrijlevende wortelaaltjes in de vochtige grond extra mobiel zijn en de jonge wortels aantasten.

Vrijlevende aaltjes en vruchtwisseling

Het grote probleem met de vrijlevende wortelaaltjes is dat deze het goed doen op veel verschillende gewassen, inclusief groenbemesters.

Bij de aardappelteler, waar deze monsters zijn genomen, worden de aardappelen 1 op 6 geteeld. In 2023 stonden er uien op het perceel en die hebben een prima resultaat laten zien van ruim 70 ton uien per hectare. Uien zijn minder schadegevoelig voor P. teres dan aardappels, maar vermeerderen het aaltje matig tot vrij goed. De uienteelt zal dus zelf weinig schade hebben ondervonden, maar wel een hogere dichtheid van deze aaltjes hebben achtergelaten. Aardappels zijn daarentegen sterk schadegevoelig voor P. teres, maar zijn zelf een slechte waardplant voor het aaltje waardoor de aaltjespopulatie weer wat zal dalen.

De keuze van groenbemesters zal een grote rol spelen in het verdere verloop van de P. teres-populatie door de winter heen. Deze aaltjes vermeerderen zich zeer sterk op grassen en klaver als groenbemester. Witte mosterd en Phacelia staan bekend als slechte waardplant voor P. teres. Zwarte braak en droogte zullen de populatie het meest verminderen.

Monitoring

Het is een grote uitdaging om de vrijlevende aaltjes als P. teres te beheersen. Naast deze vrijlevende aaltjes zijn er meer schadelijke aaltjes. Monitoring door middel van aaltjesonderzoek is belangrijk om te weten welke aaltjes er voorkomen in een perceel en tijdig een beheersingsplan op te stellen en maatregelen te nemen.

Bestel PlantDoctor