Zwavel ook bij tweede snede belangrijk
22 april 2020 - Veehouderij
De zwavelvoorziening is ook voor de 2e snede een belangrijk aandachtspunt, zeker nu de mineralisatie door de droogte vrijwel stil staat. Door regelmatig de samenstelling van het weidegras te analyseren, weet u of extra zwavel nodig is. Pas de bemesting van de 2e snede daarop aan.
Zwavel is een onmisbare bouwsteen voor eiwitten. Een tekort zorgt voor lagere eiwitopbrengsten en een lagere eiwitkwaliteit. Nu de eiwitvoorziening op melkveebedrijven steeds meer van eigen land moet komen, is zwavel een belangrijke element om mee te sturen richting een hoge eiwitopbrengst per ha.
Zwaveltekort remt opbrengst
Het zwavelgehalte in vers gras varieert door het seizoen. Zwavel komt beschikbaar door mineralisatie. Daardoor is het natuurlijk aanbod in het voorjaar laag en in de zomer hoog. De snelheid van mineralisatie is afhankelijk van de bodemtemperatuur en het vochtgehalte. Met een actuele bodemtemperatuur van gemiddeld 10 graden (week 17) én de heersende droogte, is de zwavelvoorziening vanuit mineralisatie voor de 1e snede gering. Een zwaveltekort in het voorjaar resulteert volgens diverse onderzoeken in zo’n 10 tot 20 procent lager droge stof opbrengst per ha.
Grasland op veengronden hebben traditioneel een lage S-voorziening in het voorjaar, doordat deze gronden kouder dan gemiddeld zijn in het voorjaar. Het bodemleven is daardoor niet nog actief waardoor de bodem- (en mest)mineralisatie van zwavel achterblijft.
Sturen op basis van actuele cijfers
Voor een hoge eiwitopbrengst per ha is het belangrijk om de zwavelbemesting te sturen op actuele cijfers, namelijk:
- de beschikbare zwavel in de bodem, voor aanvang van de 1e en 2e snede
- het S-gehalte in vers gras voordat het wordt gemaaid / geweid
- de S-gehalte in de uitgereden drijfmest
- bodemvocht en bodemtemperatuur (als indicatoren voor de mineralisatie)
Benut deze informatie bij de bemesting van de 2e snede. Zeker gezien de huidige droogte is de 2e snede een ideaal moment om op basis van actuele cijfers bij te sturen.
VersgrasCheck en BodemCheck zijn producten van Eurofins Agro die hierbij passen.
S-index als controle-moment
Om achteraf te controleren of de S-bemesting goed is uitgevoerd, is de S-index op de uitslag van het voederwaarde-onderzoek een goed hulpmiddel. Deze index geeft aan of de S-bemesting voldoende is geweest om efficiënt eiwit uit gras te produceren. De S-index van de voorjaarskuil kan meegenomen worden in het bemestingsplan voor het volgende seizoen. Zo werkt u elk jaar aan verbetering van de eiwitopbrengst per ha.
Uitleg S-index
Zwavelgehalte /S-index |
Zwavelvoorziening |
Advies |
kleiner dan 85 |
tekort |
U mist 10 - 20% droge stofopbrengst. Indien u niet of weinig S heeft bemest kunt u via kunstmest meer zwavel geven. |
tussen 85 en 92 |
krap |
Indien u niet of weinig S heeft bemest kunt u via kunstmest meer zwavel geven. |
tussen 92 en 108 |
optimaal |
U hoeft geen veranderingen aan te brengen in de S-bemesting voor het volgende groeiseizoen |
tussen 108 en 115 |
ruim |
Bemest geen S meer voor de volgende snede. |
groter dan 115 |
overmaat |
S-gehalte in uw kuil is erg hoog. Let hierop tijdens het samenstellen van het rantsoen. De opname van koper (Cu) en selenium (Se) kan ik gevaar komen. Indien u veel S heeft bemest, dient u voor deze snede in het vervolg een lagere gift aan te houden. |