Najaarskuilen: voederwaarde gemiddeld en risico op boterzuur
15 december 2024 - Veehouderij
De voederwaarde van de najaarskuilen ligt dit jaar rond het langjarig gemiddelde. Wel zijn er relatief veel kuilen met een te hoog boterzuurgehalte als gevolg van de natte septembermaand. Dat blijkt uit cijfers van Eurofins Agro op basis van 3.500 kuilanalyses. Onderzoek op boterzuur is onderdeel van het voederwaardeonderzoek. Het is dit jaar extra belangrijk om naar deze parameter op uw kuilverslag te kijken.
De gemiddelde kwaliteit van de najaarskuilen wijkt niet veel af van het langjarig gemiddelde. Wel zien we duidelijke verschillen tussen kuilen die gemaakt zijn in september of in oktober. Over het algemeen conserveren najaarskuilen een stuk lastiger. Dit vanwege het vaak wat hogere eiwit- en lagere suiker-gehalte. Dit is nadelig voor de conservering omdat melkzuurbacteriën voldoende suikers nodig hebben om melkzuur te produceren en het eiwit een bufferende werking heeft. Dit zorgt ervoor dat de pH-daling verminderd. Bovendien is het voldoende drogen van het gewas vaak een uitdaging waardoor najaarskuilen vaak wat natter zijn en er hierdoor ook wat meer grond in de kuil komt.
Hoog boterzuurgehalte
September was dit jaar erg wisselvallig waarbij vooral in de eerste helft van deze maand geregeld veel neerslag viel. Hoewel het gemiddelde droge stofgehalte van de septemberkuilen 421 g/kg is, was de variatie erg groot. Dit is ook goed terug te zien in het gemiddelde boterzuurgehalte van 3,0 g/kg ds. Dit geeft aan dat er relatief gezien veel septemberkuilen zijn met een te hoog boterzuurgehalte. Deze kuilen vormen een risico voor boterzuursporen in de melk doordat de boterzuursporen via de mest op de spenen terecht kunnen komen. Het is hierbij dus belangrijk om hygiënisch te werken om zo besmetting van de melk te voorkomen.
Tabel: Voederwaarde Najaarskuilen 2024. Bron Eurofins Agro
Najaar langjarig gem |
Najaar 2024 |
September 2024 | Oktober 2024 | |
DS, g/kg |
367 |
392 |
421 |
332 |
VEM, /kg ds |
885 |
886 |
879 |
899 |
DVE, g/kg ds |
61 |
62 |
62 |
60 |
OEB, g/kg ds |
75 |
64 |
61 |
70 |
Ruw eiwit, g/kg ds |
179 |
172 |
170 |
174 |
NH3, % van RE |
9,9 |
9,1 |
8,9 |
9,4 |
Suiker, g/kg ds |
50 |
61 |
64 |
54 |
NDF, g/kg ds |
441 |
455 |
468 |
429 |
VCOS, % |
76,8 |
76,1 |
75,4 |
77,3 |
Ruw as, g/kg ds |
135 |
121 |
117 |
129 |
Boterzuur, g/kg ds |
2,9 |
2,6 |
3,0 |
2,0 |
Wat te doen bij een hoog boterzuurgehalte? Hier onze tips >
Wilt u meer inzicht in de aanwezigheid van boterzuursporen en het risico op een boterzuurattentie? Laat dan uw kuil onderzoeken op anaerobe sporen.